Kleuren kerkelijkjaar
1. Eerste helft. Van de Heer.Kerstkring |
||||
Liturigische kleur |
Uitleg |
|||
paars |
Voorbereidingstijd: 4 zondagen Adventstijd, 3e zondag mag rose. |
|||
wit |
25 december, Geboorte van de Heer: 1e kerstdag . |
|||
rood |
26 december. is rood van bloed vanwege de steniging van Stefanus, of wit |
|||
wit |
Vreugdetijd, tot 6 januari, waarin |
|||
groen |
Daarna ten hoogste 6 zondagen genummerd na Epifaniën. |
|||
Overgangstijd |
|
|
||
groen |
of |
paars |
naar de 40-dagentijd voor pasen: 3 weken. Omvat de zondagen: |
|
groen |
of |
paars |
Septuagesima |
9e zondag voor pasen (= lett. 70e voor pasen). |
groen |
of |
paars |
Sexagesima, |
8e zondag voor pasen (= lett. 60e voor pasen). |
groen |
of |
paars |
Quinquagesima |
7e zondag voor pasen (= lett. 50e voor pasen), ook wel genoemd Esto mihi (= Wees mij, naar psalm 71,3). |
Paaskring |
||||
paars |
Voorbereidingstijd: 40 dagen, beginnend op woensdag na zondag Quinquagesima (Aswoensdag). |
|||
paars |
Invocavit |
(= Hij roept mij aan, naar psalm 91,15). Paars. Reminiscere (= Gedenk, naar psalm 25,6). |
||
paars |
Oculi |
(= Ogen, naar psalm 25,15). Paars. |
||
paars |
of |
rose |
Laetare |
(= Verheug u, naar Jesaja 66,10). |
paars |
Judica |
(= Richt, naar psalm 43,1). Paars. |
||
paars |
Palmzondag. |
zondag voor Pasen |
||
paars |
Stille week, waarin |
|||
wit |
Witte donderdag |
|||
paars |
Goede vrijdag |
|||
geen kleur |
Stille zaterdag (geen kleur, het altaar is leeg) |
|||
paars |
> |
wit |
Paaswake (tijdens de dienst gaat de kleur wijzigigen) |
|
wit |
Opstanding: 1e en 2e paasdag. |
|||
wit |
Vreugdetijd: 50 dagen. Omvat de zondagen: |
|||
wit |
Quasi modo geniti |
Als nieuw geborenen, naar 1 Petrus 2,2). |
||
wit |
Jubilate |
= Juicht, naar psalm 66,1. |
||
wit |
Cantate |
(= Zingt, naar psalm 98,1). |
||
wit |
Rogate |
(= Bidt, naar Johannes 16,24). |
||
wit |
Hemelvaartsdag |
|
||
wit |
Exaudi |
(= Hoor, naar psalm 27,7). |
||
rood |
Pinksteren: 2 dagen. |
|||
2. Tweede helft. Van de kerk. |
||||
wit |
Trinitatis (zondag der H. Drieënigheid), zondag na Pinksteren. |
|||
groen |
1e, 2e, 3e (tot ten hoogste 27e) zondag na Trinitatis. |
|||
Naast de zondagsnamen en de vertaling daarvan, zijn ook kleuren vermeld. Deze kleuren kun je zien in de kansel- en altaar kleden in de kerk, maar ook vaak in de kleding van de voorganger, b.v. door een stola. Deze kleuren wijzen op de tijd van het kerkelijk jaar waarin de zondag valt. Ze betekenen het volgende: wit: de glans van God en de heiligen, de kleur van reinheid en onschuld, de kleur van Christus. Te gebruiken op de grote feesten van de Heer: kerstmis, pasen en de vreugdetijd daarna, hemelvaart. paars: kleur van rouw, boete, inkeer. Te gebruiken in voorbereidingstijden zoals de 40-dagentijd voor pasen, de adventstijd voor kerstmis. rood: kleur van bloed en vuur, de kleur van de Heilige Geest en van de kerk. Te gebruiken op pinksteren, maar ook op hervormingsdag, bij bevestiging van nieuwe leden, inzegening van predikanten en kerkeraadsleden, inwijding van een nieuwe kerk, feesten van kerk en gemeente. groen: de kleur van de natuur in de zomer, van de hoop op de komende grote zomer, ook de kleur van Gods barmhartigheid. Te gebruiken op alle overige zondagen. Daar kan nog bij komen rose, een verzwakking van paars, de kleur van de getemperde boete. Deze kleur kan worden gebruikt op de 3e adventszondag en de 4e zondag in de 40-dagentijd, als de doffe rouw even mag worden onderbroken door een glimlach omdat we op de helft van de voorbereidingstijd zijn gekomen en de blijdschap van pasen, resp. kerstmis naderbij is gekomen. zwart is in feite afwezigheid van alle kleur. Ze werd wel gebruikt op Goede Vrijdag en Stille Zaterdag en ook op Eeuwigheidszondag (vroeger Dodenzondag genoemd). In de kerk kan het echter nooit zó donker zijn dat er helemaal geen kleur meer is, want de genade van God blijft er altijd, ook al lijkt van de mens uit gezien alles hopeloos en donker. Ook in een rouwdienst past geen zwart, maar is wit de aangewezen kleur. |